Home > Nieuws > AMUZ > Muziek van kapelmeesters aan de Antwerpse Onze-Lieve-Vrouwekerk

Muziek van kapelmeesters aan de Antwerpse Onze-Lieve-Vrouwekerk

Antwerpen kende in de 15de en 16de eeuw een sterke economische groei, en de muziekcultuur aan de kerken ontwikkelde zich gelijktijdig. Zo ook aan de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal, waar de gotische gewelven het ideale kader voor de polyfonie vormden. Tijdens Laus Polyphoniae weerklinkt de muziek van kapelmeesters die destijds aan de kathedraal werkten. Een unieke kans om deze succesvolle muziekperiode te verkennen en te beleven!

De basis voor de muzikale ontwikkeling aan de kathedraal werd reeds aan het eind van de 14de eeuw gelegd, dankzij de oprichting van een koor. De kerk had nog niet het statuut van kathedraal, maar het kapittel wilde wel wedijveren met andere prestigieuze kerken, zoals die van Cambrai (Kamerijk) in Noord-Frankrijk. De Antwerpse Onze-Lieve-Vrouwekerk was toen nog afhankelijk van het bisdom Kamerijk. Pas in 1559 werd Antwerpen een bisdom op zich en werd de Onze-Lieve-Vrouwekerk verheven tot kathedraal. Begin 15de eeuw werd officieel een zangmeester aangesteld om het niveau van de muziekkapel te verbeteren en de opleiding van de zangers te verzorgen. Vanaf 1418 zongen er ook koorknapen in het koor. Thuisbasis voor alle zangers werd vanaf 1421 het koraalhuis, dat aan de ‘Suvelmarckt’ lag. Tegenwoordig is die plaats bekend als Melkmarkt nr. 25, maar wie vandaag op zoek wil naar sporen van dat koraalhuis, komt van een kale reis terug. Het pand werd in 1932 afgebroken.

Enkele 15de-eeuwse kapelmeesters, verantwoordelijk voor de muzikale omlijsting van de liturgische diensten en voor het componeren van polyfone muziek, waren onder anderen Johannes Pullois, Jacobus Barbireau, Jacob Obrecht, en in de 16de eeuw Antoine Barbe, Séverin Cornet en Andreas Pevernage. In het koor hebben ook beroemde zangers meegezongen, zoals Johannes Ockeghem – die in Frankrijk carrière maakte – en de Vlamingen George de La Hèle en Cornelis Verdonck – die bij onder anderen Filips II in Spanje in dienst waren. De zangers werden in binnen- en buitenland geprezen. Diplomaten en gezanten kwamen regelmatig naar Antwerpen om jonge zangers te rekruteren voor adellijke hoven in Italië.

Huelgas Ensemble opent Laus Polyphoniae met een concert dat specifiek is gewijd aan componisten en kapelmeesters die aan de kathedraal actief waren of er hun opleiding hadden genoten. Centraal in hun concert staat de zesstemmige Missa Fremuit spiritu Jesu van George de La Hèle, waaraan chansons van Cornet en Pevernage worden gekoppeld. De La Hèle is een van de Antwerpse talenten die in het buitenland carrière maakte. Nadat hij in Antwerpen werd opgeleid, kreeg hij in Madrid een functie bij koning Filips II. Hij keerde naar de Lage Landen terug en werd zangmeester in Mechelen. In 1580 werd hij aangesteld als kapelmeester aan het hof in Madrid. Helaas ging veel van zijn muziek verloren door een brand in de Madrileense hofbibliotheek. Het koorboek Octo missae dat in 1578 door de Antwerpse drukker Plantijn werd uitgegeven, is een van de weinige getuigenissen van de kwaliteit van de La Hèles oeuvre.

Ook andere ensembles putten uit het repertoire van de ‘Onze-Lieve-Vrouwezangers’. Cappella Pratensis en I Fedeli plaatsen Jacobus Barbireau en diens opvolger als kapelmeester, Jacob Obrecht, naast elkaar. Sollazzo Ensemble verkent de output van Johannes Pullois, een van de eerste bij naam bekende Antwerpse kapelmeesters. Het Zwitserse ensemble brengt religieuze en wereldlijke werken van Pullois, waaronder enkele liederen in het Nederlands. Ook bij Comet Musicke komt wereldlijk repertoire aan bod, van de zangmeester Antoine Barbe. Enkele van zijn chansons werden door Tielman Susato uitgegeven, ook een belangrijke muziekdrukker in Antwerpen.

 

De Onze-Lieve-Vrouwekathedraal is ongetwijfeld het belangrijkste historische monument in Antwerpen: het is een meesterwerk van gotische architectuur en een anker van thuiskomen voor de Antwerpenaren. De bouw van dit meesterwerk startte in 1352 en het duurde tot 1521 vooraleer de kerk en de belforttoren waren afgewerkt. Het imposante bouwwerk met een oppervlakte van 7000 m² domineert de binnenstad. Wie in de kleine straten kuiert, kan opeens de 123 m hoge toren – nog steeds de hoogste van de stad – tussen de huizen zien opduiken. Ook het interieur overweldigt de bezoeker, dankzij de grootse proporties van de gewelven, de 1400 zitplaatsen en de tientallen kunstschatten. Wie vandaag de kathedraal binnenstapt, ziet enkele van Rubens’ mooiste schilderijen.

Naar de concerten

Huelgas Ensemble: Muziek aan de Onze-Lieve-Vrouwekerk

18 augustus 2023 20:00

Cappella Pratensis & I Fedeli: Obrecht & Barbireau

19 augustus 2023 20:00

Sollazzo Ensemble: Pullois

24 augustus 2023 20:00

Comet Musicke: Lohoys & Hobreau

24 augustus 2023 13:00