Home > Nieuws > Laus Polyphoniae > Nest: het muzikale ei van Theater De Spiegel

Nest: het muzikale ei van Theater De Spiegel

Zoals elk jaar is er tijdens Laus Polyphoniae ook een voorstelling speciaal voor baby’s, peuters, kleuters en hun ouders. Theater De Spiegel maakt transdisciplinaire kunst voor de allerjongsten (0 tot 4 jaar) en heeft daarin een grote expertise opgebouwd. Astrid Bossuyt, violiste en een van de spelers en makers van Theater De Spiegel, sprak met AMUZ over de auditieve leefwereld van de allerkleinsten, over musiceren voor kleine kinderen en de voorstelling Nest.

Astrid Bossuyt: In de voorstellingen die we maken, wordt altijd gewerkt met livemuziek en -geluid. Baby’s en peuters focussen vaak eerst op geluid, klank en muziek, terwijl volwassenen en oudere kinderen vooral visuele prikkels laten primeren. Dat is niet zo vreemd: het gehoor is een van de eerste zintuigen die we ontwikkelen en geluid is een van de allereerste dingen die een baby – zelfs al voor zijn geboorte – ervaart: de constante en ritmische hartklop van zijn moeder, het geborrel in haar buik, de melodie in haar stem, gedempte geluiden van buiten de buik. Is het dan verbazingwekkend dat de mens, overal ter wereld, een muzikaal wezen is? We kiezen in elke voorstelling ook bewust voor lívemuziek. Muziek uit een luidspreker is eendimensionaal: de kinderen horen die uiteraard wel en ze worden er aanvankelijk door getriggerd, maar al snel verdwijnt dat geluid in hun perceptie weer naar de achtergrond. Dat gebeurt niet met livemuziek. Ook al staat de muzikant niet ‘in the centre of attention’ of wordt er gemusiceerd aan de zijkant van het toneel, livemuziek zal altijd een grote(re) focus opleveren bij de kinderen.

Dat is in onze voorstelling Nest niet anders. Deze voorstelling is ontkiemd in het kader van CABAN, de artistieke en creatieve speeltuin en experimenteerformule van De Spiegel: uit improvisaties van mezelf als violiste en van zangeres Inez Carsauw, met een groot nest als decor en speelplek, maakten we deze muzikale voorstelling, samen met artistiek leider Karel Van Ransbeeck. Nest vertelt niet één specifiek verhaal, er zitten wel enkele verhaallijnen in de voorstelling. Het gaat over wat er in en rond een nest gebeurt, over eenden en eieren, maar je kan er ook het verschuiven van de vier seizoenen in herkennen. Het is een associatieve voorstelling met korte scènes die elkaar afwisselen en die erg verschillend zijn, dat werkt heel goed voor de kinderen. De voorstelling begint erg verstild en wat melancholisch, andere scènes zijn dan weer grappig, met veel gekwaak en gekakel. De variatie aan beelden en klanken fascineert het jonge publiek. Tegelijk maken we onze voorstellingen ook aantrekkelijk voor de ouders van de kinderen. Ook zij maken immers deel uit van het publiek.

Een eerlijk publiek

In de ontwikkelingsfase van de voorstelling hebben we vaak scènes en elementen uitgetest in kindercrèches. Voor mij was dat een van de eerste kennismakingen met zo’n jong doelpubliek. Ondertussen weet ik dat spelen voor die allerkleinsten misschien wel de mooiste job ter wereld is: die kleintjes staan open voor alles wat op hen afkomt. Tegelijk zijn ze ongenuanceerd eerlijk; ze geven instant feedback: je voelt onmiddellijk wat er gaande is, of ze geboeid zijn, of iets anders hen afleidt, of ze het niet langer interessant vinden wat je doet … Die directe eerlijkheid is geweldig en krijg je van een volwassen publiek zelden of misschien wel nooit.

Ook de nieuwsgierigheid van die peuters en kleuters is een erg dankbaar gegeven. Je merkt het zodra je de eerste noten op je instrument speelt – voor velen is het de eerste kennismaking met een live-instrument: je hebt kinderen die op een afstand willen blijven kijken en luisteren, maar er zijn ook kinderen die direct willen meedoen of je instrument willen aanraken. Dat kan niet tijdens de voorstelling, maar wel nadien. Kinderhandjes die naar je instrument graaien, dat kan wel eens gevaarlijk worden. Maar dat los je eigenlijk gemakkelijk op door je instrument buiten hun bereik te brengen. Daar zijn heel evidente, fijne oplossingen voor. Daarna kan je opnieuw bij dat kindje gaan zitten en kijken hoe het reageert.

Die omgang met dit hele jonge en eerlijke publiek heeft mij ook als muzikant beïnvloed. Ik had zo’n directe connectie met een publiek nooit eerder ervaren. Wanneer ik als violiste kamermuziek speel of in een orkest musiceer, zit ik op een podium; best ver weg van het publiek. Die afstand voel je, die is er fysiek, maar ook mentaal. Door dat directe contact met het piepjonge publiek te ervaren, ben ik als violiste anders gaan spelen: ik probeer het contact met het publiek nu in eender welke context op te zoeken: te voelen hoe het reageert, wat het van mij wil en wat ik kan bieden. Zo is er een duidelijk verschil tussen publiek dat goedgeluimd de zaal is binnengewandeld en de mensen die bv. door de regen zijn moeten komen en nog moet ‘acclimatiseren’ wanneer het concert begint. Het verschil met kinderen is dan weer dat het volwassen publiek ‘beleefder’ is en de codes van een concertbezoek kent, maar evengoed moet je dat mentale contact maken. Dat ik me daar nu meer bewust van ben, is een enorme verrijking in mijn musiceren, ongeacht voor wie ik speel.

Moederschap

Sinds ik zelf moeder ben (Astrids zoontje is ondertussen een peuter, n.v.d.r.) begrijp ik ouders in het publiek ook wel beter. (lacht) Ouders hebben soms de neiging om tijdens een voorstelling alles te willen uitleggen aan hun kind. Dat kan storend zijn voor de uitvoerders, maar als moeder merk ik dat het een erg menselijke reflex is; je wil je kind helpen de wereld te begrijpen: “Kijk, een vogel. Kijk, een tram.” Als performer begrijp ik die ouders nu wel, maar ik geloof ook dat in een voorstelling zoals we die maken bij De Spiegel, de beelden en klanken genoeg voor zich spreken, dat het kind niet elk detail moet vatten om toch de intenties te voelen.

We speelden Nest al meer dan driehonderd keer, waarvan tientallen keren in het buitenland – Duitsland, Canada, Frankrijk, Hongarije, Nederland en Roemenië. Omdat het een muzikale voorstelling is waarin geen woord wordt gesproken, konden we probleemloos spelen voor een anderstalig publiek. De laatste keer dat ik de voorstelling Nest heb gespeeld, stonden zangeres Helene Bracke en ik beiden hoogzwanger van ons eerste kind op het podium. Op een gegeven moment stonden we samen in het nest met twee bolle buiken en een ei tussen ons in, een bijzondere herinnering voor mij, omdat de voorstelling natuurlijk ook gaat over geboorte. Ik kijk ernaar uit om Nest tijdens Laus Polyphoniae opnieuw te spelen – door de coronacrisis is het nu meer dan twee jaar geleden – wellicht een andere ervaring nu ik moeder ben!

Nest van Theater De Spiegel is te zien op 20 & 21 augustus om 10.00 en 15.00 uur in De Studio

Naar de voorstellingen