Op 7 mei 1747 zoekt Johann Sebastian Bach zoonlief Carl Philipp Emanuel op in Potsdam voor een koninklijk potje kamermuziek. Wanneer Frederik II hen op de bezoekerslijst spot, annuleert hij het concert meteen: veel liever wil hij de levende legende persoonlijk ontmoeten! Hij loodst J.S. Bach naar zijn glimmende Silbermann-pianoforte’s en zet hem aan het improviseren op een complexe melodie. Bach tovert een driestemmig ricercar op het ‘thema regium’ tevoorschijn en belooft om ook zesstemmige variaties te schrijven. Het resultaat? Musicalisches Opfer: een vorstelijk geschenk van 14 werken en een van de mooiste enigma’s uit de muziekgeschiedenis. Il Gardellino slaat de bundel open bij de triosonate voor fluit, viool en basso continuo en bedenkt een hoofdrol toe aan Jan De Winne en de traverso die hij bouwde naar een origineel van J.J. Quantz.
Dit concert kadert in het doctoraat in de kunsten van Jan De Winne, En recherche du son perdu, over de actuele bouw van ‘historische’ traverso’s.
Programma
J.J. Quantz: Triosonate in g, Q 2:35 | J.S. Bach: Triosonate in G, BWV 1038 | Musicalisches Opfer, BWV 1079
Uitvoerders
Jan De Winne, traverso | Evgeni Sviridov, viool | Gied van Oorschot, cello | Lorenzo Ghielmi, klavecimbel